Wat schoolkinderen nodig hebben
Spel en ruimte
Kinderen zullen goed uit de voeten kunnen in hun omgeving wanneer er "marges" zijn tot eigen interpretatie, wanneer er voldoende "aanleidingen" zijn om datgene te doen waar ze qua ontwikkeling aan toe zijn en "getolereerd" wordt dat ze hun gang gaan (tot een bepaalde grens). Bij het ontwerp van een zogenaamd "ervaringsspeelplaats" is het wenselijk van de speelvoorziening en het omliggende terrein één geheel te maken, waarin deze drie punten op een evenwichtige manier zijn verwerkt. Daarvoor kijken we naar het ruimtelijk gedrag van kinderen op een speelplaats. Bij elk gedrag hoort een eigen ruimtesoort. We maken het volgende onderscheid*:Kinderen die:
Benodigde ruimtesoort
=>
Ruimte nodig hebben
zowel letterlijk als figuurlijk. Zij hebben veel energie en stuiteren als het ware rond.
Open ruimte:
dit is gewoon een open terrein waarop niets hoeft en alles kan. Het gaat om een deel voor ruimtevragende activiteiten. Denk hier aan rennen, voetbal, basketbal, fietsen of skaten. Een en ander is afhankelijk van de ondergrond.
dit is gewoon een open terrein waarop niets hoeft en alles kan. Het gaat om een deel voor ruimtevragende activiteiten. Denk hier aan rennen, voetbal, basketbal, fietsen of skaten. Een en ander is afhankelijk van de ondergrond.
=>
Structuur nodig hebben
Zij zoeken heel bewust een speelaanleiding.
Gestructureerde ruimte:
dit is een gebied dat speciaal voor een bepaalde activiteit of spel is ingedeeld. Het kan gaan om een speeltoestel, zandbak, maar een skatebaan hoort ook in deze categorie. De essentie dat deze ruimte structuur in de omgeving en tot beweging uitdaagt.
dit is een gebied dat speciaal voor een bepaalde activiteit of spel is ingedeeld. Het kan gaan om een speeltoestel, zandbak, maar een skatebaan hoort ook in deze categorie. De essentie dat deze ruimte structuur in de omgeving en tot beweging uitdaagt.
=>
Beschutting zoeken
Ze moeten eerst even kijken voordat ze meedoen. Of ze rusten even uit.
Binnen-buitenruimte:
hiermee wordt een overgang van binnen naar buiten bedoeld. Denk bijvoorbeeld aan een luifel, een overkapping of een dakje. Een plek om te zitten of te staan, te kijken naar anderen, te kletsen of te chillen. Deze ruimte worden het best bepaald door verticale of horizontale begrenzingen: rugdekking, droogstaander of wand om tegen te leunen. Het gaat hier om een kwaliteit en niet zozeer om een kwantificeerbaar oppervlak.
hiermee wordt een overgang van binnen naar buiten bedoeld. Denk bijvoorbeeld aan een luifel, een overkapping of een dakje. Een plek om te zitten of te staan, te kijken naar anderen, te kletsen of te chillen. Deze ruimte worden het best bepaald door verticale of horizontale begrenzingen: rugdekking, droogstaander of wand om tegen te leunen. Het gaat hier om een kwaliteit en niet zozeer om een kwantificeerbaar oppervlak.
=>
Los materiaal gebruiken
Ze worden door los (natuurlijk) materiaal uitgedaagd tot spel. Ze bouwen hiermee als het ware aan hun eigen omgeving.
Margegebied:
dit is een rand gebied (meestal groen) waarmee een ruimte wordt bepaald en afgeschermd. Hier kun je ook rommelen, plukken, afbreken en je verstoppen. Je kunt je ook afzonderen van de hele toestand wanneer het je teveel wordt of wanneer je aan je vriendinnetje een geheimpje moet vertellen. Ook een prima plek om te graven of te spitten of voor ander ongeregeld werk.
dit is een rand gebied (meestal groen) waarmee een ruimte wordt bepaald en afgeschermd. Hier kun je ook rommelen, plukken, afbreken en je verstoppen. Je kunt je ook afzonderen van de hele toestand wanneer het je teveel wordt of wanneer je aan je vriendinnetje een geheimpje moet vertellen. Ook een prima plek om te graven of te spitten of voor ander ongeregeld werk.
=>
* Deze indeling is gebaseerd op een artikel van de architect Bertus Mulder in het blad Jeugd en Samenleving (1978)6/7; Een plek om te spelen: over schoolspeelpleinen als ervaringspleinen (p. 343-362)